Hoek & Kabeljauw
Hoek & Kabeljauw is in 1993 opgericht door Hein Philipse. Door de jaren heen is gestaag gebouwd aan een nog altijd groeiend klantenbestand van particulieren en bedrijven. Onze klanten wonen over de hele wereld, maar het zwaartepunt ligt in de Haagse regio. Ook veel expats gebruiken onze diensten om hun weg te vinden in de vaak onoverzichtelijke wereld van verzekeringen.
Die rare naam.....
In 1993 moest een naam worden bedacht voor het nieuwe kantoor. Enerzijds moest de naam de essentie van onze dienstverlening dekken, anderzijds werd gezocht naar een naam die iets minder afgezaagd was dan bijvoorbeeld "Vast en Zeker Verzekeringen" .
Toen de oprichter een boek las over de Hoekse en Kabeljauwse twisten herkende hij hierin veel van de kern van de dienstverlening van het kantoor. De hoekse en kabeljauwse twisten is een periode in onze vaderlandse geschiedenis (1346-1489) die zich kenmerkt door een hoge mate van onoverzichtelijkheid, intransparantie: het was een hevige strijd waarin vaak onduidelijk was wie de rivaliserende partijen waren en wat het onderwerp van oneinigheid was.
De elementen intransparantie en rivaliteit raken de kern van onze dienstverlening. Wij wijzen onze cliënten de weg in de vaak onoverzichtelijke wereld van verzekeringen en financiën en zorgen daarbij dat de cliënt maximaal profiteert van de concurrentie (rivaliteit, twisten) tussen de verschillende aanbieders op de markt.
Afb. Schilderij naar de vertelling van de roman "De Schaapherder" van J.F. Oltmans.
De kunstenaar is onbekend en het is gemaakt tussen 1840 en 1900. Behalve Jan van Schaffelaar die van de toren springt zijn o.a. de slechte Perrol met de Rode Hand en Ralph de Schaapherder met de hond te herkennen.
Jan van Schaffelaar en de sprong vande toren.
In een kroniek uit 1698 (216 jaar na de sprong) wordt de sprong van Jan van Schaffelaar als volgt vermeld:
'Op 16 juli 1482 hadden de kabeljauwse ruiters, afkomstig uit Roosendaal, de toren en de kerk van Barnveld ingenomen. Hoekse soldaten uit Amersfoort en Nijkerk belegerden daarop de kerk. Ze hadden kanonnen bij zich waarmee ze zich door de toren schoten. Hierbij kwamen vier of vijf bezetters om het leven. De mannen op de toren boden zich aan over te geven maar die van Amersfoort gingen hier niet op in. Ze wilden dat een zekere Jan van Schaffelaar uit de galmgaten naar beneden zou worden geworpen. De mannen op de toren wilden dit niet doen. Toen zei Jan van Schaffelaar:
" Lieve gezellen, ik moet toch eenmaal sterven, ik wil u geen moeilijkheden bezorgen". Hij ging naar boven op de tinnen van de toren staan, zette zijn handen in zijn zijde en sprong naar beneden. Hij overleefde zijn val maar werd door zijn vijanden gedood.